Fietsers die meestal traag rijden herkennen zich vaak niet in deze uitleg, en daar zijn twee redenen voor:
- Hoe trager men rijdt, hoe minder de fiets moet kantelen om door de bocht komen.
- Hoe trager men rijdt, hoe minder stabiel de fiets, en hoe meer de fietser stuurimpulsen en gewichtsverplaatsing moet gebruiken om de fiets rechtop te houden. Je ziet dan een fietser die licht zwabberend door de bocht rijdt.
De noodzaak van naar binnen kantelen wordt onmiddellijk duidelijk als een fietser snel door een scherpe bocht wil gaan. Hoe hoger de snelheid, en hoe scherper de bocht, hoe meer de fiets naar binnen moet kantelen om de bocht te halen.
Voor beginnende e-bikers, die de hogere snelheid niet gewoon zijn, is kantelen vaak een bron van problemen. Een typisch scenario is dat van een fietser die de bocht niet haalt omdat hij niet verder naar binnen durft te kantelen. Het nemen van een bocht begint altijd met het maken van een inschatting (vóór de bocht) van de eigen snelheid en de scherpte van de bocht, en de snelheid wordt zo nodig aangepast.